Hoe duurzaam design de spelregels veranderde bij Proximus

Foto van een straatwerf. Een kale arbeider in fluo vest trekt kabel van een kabelhaspel en kijkt daarbij lachend in de camera.

Ik werk al bijna dertig jaar in netwerkbeheer. En ik heb veel veranderingen meegemaakt. Oude, achterhaalde technologieën ruimden plaats voor innovaties. Mobiele netwerkdekking is bijzonder belangrijk geworden. En nog nooit was er zoveel vraag naar datacapaciteit.

De grootste verandering schuilt voor mij in hoe belangrijk duurzaamheid nu is. Toen ik begon te werken, waren we ons er amper van bewust. We stonden gewoonweg niet stil bij het belang van duurzaamheid. Daar kwam gelukkig verandering in. We begonnen te zien wat voor impact we hebben op de wereld rondom ons en te begrijpen dat die impact positief moet zijn: nu, en in de toekomst.

Stockfoto van een Aziatisch meisje op een grijsblauwe achtergrond, dat naar een virtuele wereldbol kijkt.

Want wat gaan onze kinderen zich herinneren wanneer ze later terugdenken aan het verleden? Hoe geweldig het was om een stabiele internetverbinding te hebben, thuis en onderweg? Dat denk ik niet. Ze zullen wél stilstaan bij hoe wij de wereld waarin zij dan leven, hebben vormgegeven. Daarom moeten we nu zorgen dat elke beslissing die we nemen, helpt om een mooie, schone toekomst te creëren. Dat we een wereld achterlaten waar onze kinderen nog generaties lang van kunnen genieten.

Om dat waar te maken, moeten we duurzaam design centraal stellen in alles wat we doen. Ik illustreer graag met enkele voorbeelden wat dat inhoudt voor ons werk van alle dag bij Proximus.

1. Producten

Op productniveau kunnen we eenvoudig aantonen wat duurzaam design betekent. Wanneer we producten ontwerpen, is onze eerste zorg dat ze efficiënt zijn en dat we ze kunnen herstellen en recyclen. Waar mogelijk gebruiken we gerecycleerd materiaal. Alle onderdelen moeten kunnen worden vervangen en hersteld. We ontwerpen onze producten zo dat ze eenvoudig kunnen worden gedemonteerd, en alle onderdelen eruit kunnen worden gehaald voor recyclage of hergebruik: écht circulair ontwerp, dus.

Close-up van een laptop in de hand van een technicus. Met zijn andere hand reikt hij naar technische apparatuur die wazig op de achtergrond te zien is.

We voeren oude producten geleidelijk af en zetten in op nieuwe technologieën die minder energie verbruiken. Zo worden we efficiënter. En hoewel die oudere producten niet werden ontworpen voor recyclage – ze zijn vaak moeilijk te demonteren – gooien we dat materiaal niet gewoon weg. Nee, we slaan de handen in elkaar met experten zoals Umicore om de verschillende componenten er veilig uit te halen. Doel: zoveel mogelijk recycleren en hergebruiken.

2. Infrastructuur

Net als producten kan ook infrastructuur achterhaald raken. Veel van de gebouwen waarin we onze telecomproducten vol elektronica opslaan, zijn verouderd en werden niet voor dat doel gebouwd. Ze warmen dus snel op in de zomer en koelen snel af in de winter. En zo verspillen we veel energie. We zetten wel meer en meer in op zonnepanelen voor energieproductie, en op innovatieve systemen zoals het Kyoto-wiel om onze datacenters passief te koelen. Toch zijn sommige van onze gebouwen nog niet energie-efficiënt genoeg. Daarom trekken we uit tal van inefficiënte gebouwen: we geven ze een nieuwe bestemming, en verhuizen naar véél efficiëntere opslagruimten. Die nemen minder plaats in en stoten bakken minder koolstof uit.

Closeup van twee handen die twee glasvezelkabels aaneen 'lassen' met een draagbaar glasvezellastoestel.

Ook de switch van koper- naar glasvezelnetwerken is een prominent voorbeeld. Koper is een kostbaar materiaal dat elektrische signalen geleidt. Glasvezelnetwerken bestaan uit glas en vervoeren lichtsignalen. Ze zijn veel energie-efficiënter én bieden hogere bandbreedte. Daarom is het onze prioriteit om ons volledige netwerk door glasvezel te vervangen. We streven ernaar 70% van onze klanten vóór 2028 te kunnen aansluiten op glasvezel. Tegelijk kunnen we kilometers en kilometers koperkabel uit de grond halen en recyclen. Mooi meegenomen!

3. Partnerships

Streven naar duurzaamheid kan je niet alleen. Iedereen moet zijn steentje bijdragen. Het is dus logisch dat we samenwerken met leveranciers, verdelers en zelfs concurrenten om ons gemeenschappelijke doel te behalen. Met onze leveranciers maken we duidelijke afspraken over onze duurzaamheidsdoelen. We leggen rekenschap af bij elkaar. Bovendien kiezen we leveranciers en verdelers die het net zo belangrijk vinden als wij om van bij het ontwerp naar duurzaamheid te streven.

Close-up van de top van een gsm-antennemast.

Assets delen met concurrenten levert ook indrukwekkende resultaten op. Kijk maar naar onze gsm-masten: we gingen in zee met Orange Belgium en delen nu onze mastinfrastructuur. Dit voorbeeld toont mooi dat duurzaamheid ook besparingen kan opleveren: we delen onze infrastructuur en dus de onderhoudskosten, én verbeterden onze netwerkdekking.

4. Processen

Duurzame processen opzetten kan je op veel manieren, maar slimme technologieën en automatisering worden steeds breder inzetbaar en dus interessanter. Zo helpen complexe algoritmes ons om de belasting van ons mobiel netwerk te voorspellen. Resultaat: we kunnen bepaalde masten uitschakelen op momenten dat ze weinig worden gebruikt – 's nachts, bijvoorbeeld. En dat levert aanzienlijke energiebesparingen op. Dankzij slimme technologieën kunnen we ook meer op afstand doen. Denk maar aan toezicht houden op graafwerken, of producten op afstand instellen. En minder verplaatsingen betekent minder auto's op de weg.

5. Drijfveren

Telecomoperatoren onderschatten vaak de mate waarin ze duurzame praktijken kunnen aandrijven in andere domeinen van de samenleving. Ze hebben misschien geen rechtstreekse impact, maar wel een aanzienlijke. Een mooi voorbeeld is de exponentiële toename van telewerk en thuisonderwijs vorig jaar. Zonder telecombedrijven die zorgen dat elke klant een stabiele internetverbinding heeft, was dat onmogelijk geweest.

Maar ook andere industrieën hebben goede verbinding nodig om duurzame processen te ontwerpen. Denk maar aan afvalophaling. Vroeger reden vuilniswagens langs de ophaalpunten op vaste momenten, of de containers nu vol waren of niet. Nu kunnen die bedrijven met sensors, aangesloten op een sterk mobiel netwerk, op afstand zien wanneer de containers moeten worden leeggemaakt. Het resultaat: een heuse brandstofbesparing en een drastische uitstootverlaging.

Wat kunnen we hieruit leren? Moraal van het verhaal is niet dat Proximus het lichtende voorbeeld is qua duurzaamheid. We zetten ons beste beentje voor op heel wat vlakken. Er zijn ook nog elementen die beter kunnen en waaraan we hard zullen blijven werken. De kernboodschap is dat duurzaam design op alle bedrijfsniveaus kan en moet worden geïntegreerd. Door de krachten te verenigen met spelers uit verschillende industrieën en met de academische sector, gaan we het snelst vooruit en kunnen we prachtige innovaties bedenken om samen duurzame verandering teweeg te brengen. Ik hoop dat dit je heeft geïnspireerd en gemotiveerd om ook in jouw branche veranderingen te bevorderen.

 
Picture of Patrick Delcoigne, Director Network Engineering & Operations bij Proximus
Printen

Deel dit nieuws via